Meer differentiatie in woonconcepten voor mensen met een intensieve zorgvraag
Sinds de invoering van de Wet langdurige zorg (Wlz) hebben mensen met een intensieve zorgvraag de mogelijkheid om de eigen indicatie te verzilveren op de manier die het best past bij de persoonlijke voorkeuren en mogelijkheden. Inmiddels geven zorgkantoren aan dat uitbreiden van capaciteit niet meer mogelijk is op basis van intramurale (ZZP) financiering. Zorgorganisaties staan dus voor de uitdaging om voor de sterke groei van de zorgvraag, samen met hun partners, nieuwe integrale woonconcepten te ontwikkelen. Woonconcepten die geschikt zijn voor een financiële en contractuele scheiding van wonen en zorg. In dit werkveld ontmoeten de verschillende werelden van zorgorganisaties, beleggers en woningcorporaties elkaar. HevoFame ontwikkelde een stappenplan, inclusief een volledige ‘toolbox’, om de eigen visie van zorgorganisaties op maat te vertalen naar concrete, haalbare en toekomstgerichte woonconcepten voor mensen met een (intensieve) zorg- en ondersteuningsvraag.
De-institutionalisering van de zorg
In de basis stuurt de Wlz, maar ook de commissie Bos in 2020 en het WOZO-akkoord in 2022, in haar conclusies op de de-institutionalisering van de zorg: mensen met een ondersteuningsvraag moeten zo gewoon mogelijk mee kunnen blijven doen in de samenleving en moeten zelf gaan betalen voor alle ‘voorzienbare kosten’ zoals huisvesting, eten en drinken, lichamelijke verzorging et cetera. Het betreft dus niet alleen maatregelen om de zorg betaalbaar te houden, maar óók om de zorg mensgerichter te maken. In die zin ondersteunen de maatregelen bewegingen als Positieve Gezondheid en een sociale benadering van dementie.
Meer differentiatie in het woningaanbod
Voor zorgorganisaties betekent dit dat ze zich opnieuw moeten afvragen op welke toekomstige klantgroepen zij zich richten, op welke inkomstenstromen zij hun businesscase gaan baseren, hoe zij met minder professionals meer zorgvragers kunnen ondersteunen, wat de eigen kerntaken zijn en met welke partners ze willen samenwerken om een geïntegreerd aanbod mogelijk te maken. En daarbij bestaan er geen eensluidende goede antwoorden of oplossingen. De transitie zal in de praktijk leiden tot gebiedsgerichte totaalconcepten met meer differentiatie van het woningaanbod, meer samenwerking tussen zorgorganisaties, maatschappelijke organisaties en ondernemers en meer inzet van beschikbare technologie. Dit alles om mensen te ondersteunen in de eigen regie. Nieuwe totaalconcepten realiseren, vraagt om een gezamenlijke propositie: hoe kijken we met alle betrokken partijen naar wonen en zorg? Alle betrokkenen zullen hun ideeën en verwachtingen moeten bijstellen. Dat geldt voor bewoners (‘van all-inclusive naar zelf organiseren’), voor zorgorganisaties (‘loslaten van ingesleten processen’), voor huisvesters, gemeenten en andere maatschappelijke partners (‘de zorg’ regelt het wel).
Lessons learned
HevoFame heeft in de afgelopen vijftien jaar, in samenwerking met zorgorganisaties, corporaties en beleggers, al volop nieuwe woonconcepten ontwikkeld, geëxperimenteerd en geïmplementeerd. Voorbeelden hiervan zijn Mariëndaal in Groesbeek van ZZG zorggroep, De Friese Vlaak in Volendam van Wooncompagnie, De Vooruitgang en Zorgcirkel en Lindescote in Linschoten van Cazas wonen en Fundis. Bij al deze projecten hebben mensen met een intensieve zorgvraag de beschikking over een eigen zelfstandige woning die ze rechtstreeks huren van zorgorganisatie of woningcorporatie. In samenwerking met het netwerk van bewoners, lokale maatschappelijke organisaties, ondernemers, huisartsen et cetera wordt een samenhangend arrangement geboden van zorg en diensten.
Meer eigen regie
Het conceptteam van HevoFame heeft een breed ervaringsonderzoek uitgezet naar de effecten van deze nieuwe woon- en financieringsvormen voor bewoners, mantelzorgers en zorgmedewerkers. Een paar belangrijke conclusies kunnen we al wel trekken. Allereerst, een eigen woning voor mensen met een intensieve zorgvraag, zoals mensen met dementie, bevordert de eigen regie substantieel, zowel de bewoner als het eigen netwerk. Kiest men daarbij ook voor financiering op basis van een Volledig Pakket Thuis (VPT), waarbij mensen de woning zelf huren, dan neemt de regie en betrokkenheid bij het eigen netwerk nog verder toe. Ook voor zorgorganisaties blijkt een woonconcept met zelfstandige appartementen en meer eigen regie bij bewoners en hun netwerk een belangrijke aanjager voor transformatie. ‘Zorgen voor’ wordt onder die omstandigheden steeds gemakkelijker ‘samen zorgen dat’!
Toolbox voor conceptontwikkeling
Deze ervaringspraktijk is cruciaal voor de door HevoFame ontwikkelde ‘toolbox’, die we inzetten om corporaties, beleggers en zorgorganisaties te ondersteunen in het maken van keuzes en het configureren van op maat gemaakte, integrale, toekomstgerichte woonconcepten.
Eerste stap
De toolbox geeft in de eerste stap duiding aan de transitie die gaande is op het gebied van wonen met zorg en bijbehorende concepten voor wonen, zorg & ondersteuning en ontmoeten & welzijn. Hiermee ontstaat een breed gedragen en gezamenlijk beeld van de opgave. Dit beeld vullen we verder in met de ontwikkeling van de toekomstige vraag naar zorg en de doorvertaling daarvan naar de vraag naar verschillende woonvormen.
Tweede stap
In een tweede stap voorzien we dit beeld van praktische handvatten en instrumenten. Tijdens ontwikkeltrajecten blijkt vaak dat operationele vraagstukken een obstakel zijn voor de voortgang. Het is belangrijk dat partijen elkaar goed begrijpen en dat zij een compleet beeld hebben van alle facetten die bij samenwerking op het gebied van wonen en zorg een rol spelen, welke oplossingsrichtingen er zijn en welke keuzes daarin voor de hand liggen. HevoFame heeft hiervoor een workshop en bijbehorende documentatie ontwikkeld op de onderdelen: propositie, gebouw en zakelijk. Aan de orde komen de uitgangspunten en keuzes in de gebouwplattegrond, zorg & ondersteuning, ontmoeten & welzijn. In het licht van wet- en regelgeving komen ook de consequenties voor ICT-voorzieningen, brandveiligheid, investeringen en contractuele en financiële uitgangspunten aan bod. Alle thema’s samen vormen een set gereedschap waarmee nieuwe concepten kunnen worden ontwikkeld tussen meerdere partijen en betrokkenen, klaar voor toekomstige ontwikkelingen op het gebied van wonen en zorg.