Michael Hemminga en Jan Griepink

Transitie huisvestings
portefeuille Carinova
We moeten veel meer 'mogelijk-makers' worden

Volgens bestuurder Jan Griepink en directeur bedrijfsvoering Michael Hemminga van ouderenzorgorganisatie Carinova uit Deventer is er een fundamentele herziening nodig van de rol en de werkwijze van zorgorganisaties. Dit om de toenemende vraag, het tekort aan zorgmedewerkers en het tekort aan financiƫle middelen het hoofd te bieden. Onder andere de formulering van een lange termijn huisvestingsplan en diverse locatieontwikkelingen in het werkgebied waar Carinova samen met HevoFame invulling aan geeft, vragen om een antwoord op de vraag welke overwegingen relevant zijn en hoe deze herziening er voor Carinova uit komt te zien.

interview met Jan Griepink en Michael Hemminga

Kunnen jullie iets vertellen over de strategische overwegingen in de transitie van jullie huisvestingsportefeuille? Welke kant gaat het op met de zorg?

Jan Griepink:
“Ik kom net terug van vakantie uit Kenia. Mijn zoon en schoondochter werken daar. Het is soms wel eens goed om ondergedompeld te worden in een compleet andere omgeving om daarna de eigen context weer beter te zien. We hebben het hier gewoon heel erg goed. Ook de zorgsector heeft zich in die overvloed ontwikkeld. Op iedere vraag naar zorg hebben we een antwoord.”

Michael Hemminga: “Nu de arbeidsmarkt krap wordt en de overheid de financiële touwtjes steeds meer aantrekt, is het primaire gevoel dat we steeds meer moeten doen voor minder geld. Maar misschien maken we daarin een denkfout. Het steeds verder opvoeren van efficiëntie in de huidige manier van werken, is niet het antwoord voor de langere termijn, is ons idee.”

We hebben het gevoel dat we steeds meer
moeten doen voor minder geld. Maar misschien maken we daarin een denkfout
jan griepink

Toch is dat nu wel een vaak gehoorde klacht bij zorgorganisaties.

Jan Griepink: “Dat is ook logisch. We moeten echt heel erg ons best doen om het elke dag weer voor elkaar te krijgen. We zijn het vaatdoekje behoorlijk aan het uitwringen, zal ik maar zeggen. Je moet in die dynamiek de rust zien te vinden om vooruit te denken. En het alternatief zal niet van vandaag op morgen gerealiseerd zijn. Daar is echt tijd voor nodig.”

Kunnen jullie een schets geven van het alternatief?

Jan Griepink:
“Wij zijn als zorgorganisaties heel goed geworden in het van burgers over te nemen, als er een zorgvraag is. Als iemand bij ons komt wonen bepalen wij, met de beste bedoelingen overigens, hoe de dag eruitziet. We werken in routines en met protocollen en zijn daar erg aan gaan hechten. Maar als burgers anticiperen we ook te weinig op de laatste fase in ons leven. We zijn voortdurend aan het plannen, maar het laatste stukje overkomt ons gewoon. Dat patroon en die houding moeten we als maatschappij doorbreken. Burgers moeten zelf weer gaan nadenken over hoe ze het geregeld willen hebben als ze het niet meer helemaal zelf kunnen. In afstemming met hun eigen netwerk. Het moet normaal worden om het daar met elkaar over te hebben. Wij als zorgorganisatie moeten meer ‘mogelijk-makers’ worden. Dus niet langer overnemen als het niet meer gaat, maar mensen met hun eigen netwerk ondersteunen in de eigen regie en alleen daar ondersteuning geven waar dat noodzakelijk is.”

Wat betekent dit voor jullie medewerkers?

Michael Hemminga:
“Het vak van zorgmedewerker verandert. In de eerste plaats gaat technologie ervoor zorgen dat medewerkers bepaalde handelingen niet meer zelf hoeven te doen. Er is al veel meer mogelijk dan nu wordt toegepast. Een klein voorbeeldje: oogdruppelen hoeft niet meer door een medewerker gedaan te worden, want dat kan ook met een druppelbril. Een andere ontwikkeling is, dat we opnieuw definiëren wat zorg nou eigenlijk is. We zijn heel veel normale handelingen ten onrechte zorg gaan noemen en we zijn heel rigide in wie er zorg mag leveren. Als je dat opnieuw definieert kan een huishoudelijke hulp in de praktijk veel meer betekenen. Maar ook dat je in afstemming met bijvoorbeeld familie afspreekt wat zij kunnen doen.”

Jan Griepink: “Onze houding als Carinova in deze transitie is nog altijd best wel braaf. We zoeken niet altijd de grens op, maar we maken wel stappen in hoe we het anders kunnen organiseren. We hebben bijvoorbeeld succes met zij-instromers die we binnen de organisatie zelf een praktijkopleiding geven. Als we deze koers aanhouden en gebruik maken van nieuwe middelen, kunnen we de omslag maken. Waar we voor moeten waken is dat we het warme contact tussen mensen niet wegsaneren.”
 

Michael Hemminga en Jan Griepink Carinova

MIchael hemminga (directeur bedrijfsvoering) en jan griepink (bestuurder)

Burgers anticiperen te weinig op
de laatste fase. We zijn voortdurend
aan het plannen, maar het laatste
stukje overkomt ons gewoon
Michael Hemminga

Wat betekent deze beweging voor de huisvesting?

Jan Griepink: “We hebben HevoFame gevraagd om ons hierin te ondersteunen. We zijn onze samenwerking begonnen met het vastleggen van onze visie. Welke omgevingsfactoren zijn relevant, op welke manier willen we er zijn voor onze klanten en hoe geven we daar betekenis aan, bijvoorbeeld in onze werkwijze of in de samenwerking met andere partijen. Wat ik eerder al zei, wij worden behoorlijk in beslag genomen door de waan van de dag. We hebben gemerkt dat het heel goed werkt om een partner van buiten de organisatie te betrekken die context kan bieden, een samenlevingsbeeld heeft en ook zelf een doorleefde visie heeft. Dat brengt echt vaart in het proces.”

Michael Hemminga: “Op basis van de geformuleerde visie hebben we samen met HevoFame ons strategisch huisvestingsplan herijkt. We hebben een helder beeld gekregen in hoeverre onze huidige portefeuille onze lange termijnvisie kan ondersteunen en welke maatregelen we moeten nemen. We hebben voor de korte termijn ook een aantal ontwikkelopgaven waar we mee aan de slag zijn gegaan. De invloed van de ontwikkelde visie is dat we zo’n project nu anders aanvliegen dan we gewend zijn.”
 

We moeten het warme
contact tussen mensen
niet wegsaneren
jan griepink

Hoe ziet het ontwikkeltraject er nu dan uit?

Michael Hemminga: “We kijken nu in de eerste stap vanuit een gebiedsgerichte aanpak naar de totale vraag in plaats van alleen naar ons eigen programma. Een van onze ontwikkellocaties is Boskamp tussen Deventer en Zwolle. We hebben daar samen met de gemeente en de corporatie gekeken naar welke leefbaarheidsvraagstukken er spelen. De gemeente heeft daarin een heel actieve rol. In Boskamp staan twee basisscholen leeg, het verzorgingshuis moet getransformeerd worden, er zijn meer sociale woningen nodig en er ligt een opgave om faciliteiten te behouden. We hebben gezamenlijk een integraal plan en een gebiedsagenda gemaakt met een visie op een samenhangend aanbod van geschikte woningen, zorg en diensten. De visie die we gezamenlijk ontwikkelen staat in het teken van hoe we de gemeenschap kunnen ondersteunen om vitaal te blijven. Vervolgens nemen wij verantwoordelijkheid voor onze eigen rol in dat verhaal.”

Jan Griepink: “Wij maken in de nieuwe context nooit meer een verpleeghuis. Wat we met onze nieuwe woonconcepten willen faciliteren is dat mensen met een zorgvraag zo gewoon mogelijk hun eigen leven kunnen vormgeven. We nemen het leven niet langer van mensen over. Dit betekent dat we toegankelijke woningen maken waar mensen met een intensieve zorgvraag veilig kunnen wonen, al dan niet met 24-uur aanwezige zorg. De woonconcepten zijn geschikt voor scheiden van wonen en zorg en toegankelijk voor een breed aantal doelgroepen.”
 

De confetti aan subsidies is
waanzinnig, maar heeft te weinig
structureel effect
jan griepink

Voelen jullie je voldoende gesteund in deze strategie door de overheid? 

Jan Griepink: “De financiering loopt niet parallel met deze ontwikkelingen. Het wordt allemaal onnodig complex gemaakt. We moeten beter in staat worden gesteld te investeren in samenwerking om deze koers waar te kunnen maken. We maken regionaal deel uit van ‘Salland United’ om de zorg kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar te houden. Er is nog een confetti van subsidies. Het is echt waanzinnig wat er beschikbaar is, maar het zijn allemaal potjes die weinig toegevoegde waarde hebben voor een structureel effect. Dat is heel jammer. Als de financiering op een meer fundamentele manier de beweging zou kunnen ondersteunen die we besproken hebben, zou dat enorm helpen.”
 

Meer weten over deze samenwerking?

Neem dan contact op met:

Bel me terug