Emile Linotte

De architectuur van eigen regie en samenwerking

De vraag van woningcorporatie Stek en Zorgorganisatie Marente is duidelijk: we willen een fijne woonomgeving waar mensen met én zonder zorgvraag kunnen samenwonen. Een plek ook die de bewoners stimuleert elkaar op te zoeken en naar elkaar om te zien. Een plek waar het netwerk van de individuele bewoner óók omkijkt naar wat er nog meer gebeurt in de buurt. Een zorgzame gemeenschap dus waar bewoners, hun persoonlijke netwerk, de zorgorganisatie en de corporatie op een gelijkwaardige manier samenwerken om mensen te ondersteunen in hun leefbehoeften. Hoe heeft architect Coen Koenders uit de studio van HevoFame daar ruimtelijk betekenis aan gegeven?

interview met architect Coen Koenders
“In de zorg zijn we van oudsher gewend om gebouwen primair vanuit de visie en werkprocessen van de zorgorganisatie vorm te geven. Die benadering hebben we bij HevoFame al een hele tijd achter ons liggen. Onder het motto ‘van verblijf naar wonen’ zijn we woongebouwen gaan maken voor mensen met een intensieve zorgvraag, zoals mensen met dementie, of mensen met een somatische ondersteuningsvraag. In de benadering van het architectonische concept staat daarin het persoonlijke leven van de bewoner met zijn netwerk centraal. Een geschikt eigen appartement vormt daarin de basis van het woonconcept. Die concepten zijn inmiddels wel beproefd. Maar Stek en Marente gaan bij dit initiatief echt een grote stap verder. In het visietraject hebben we de consequenties van die keuzes in kaart gebracht en gekeken hoe het ruimtelijke concept een aanjager kan zijn.”


Kun je een voorbeeld van die consequenties geven?
“Ook bij dit concept ontwerpen we ‘van binnen naar buiten’. De eigen woning is het vertrekpunt geweest voor de opbouw van het totale gebouwconcept. Het appartement moet binnen deze visie geschikt zijn voor een bewoner met een intensieve zorgvraag, een bewoner die geen zorgvraag heeft, alleenstaanden én echtparen. We differentiëren niet in woningtypes en qua huurniveau moet het betaalbaar zijn binnen de sociale huur. Op basis van deze uitgangspunten hebben we in samenspraak met de opdrachtgevers een toegankelijk driekamerappartement ontwikkeld dat interessant is voor alle bewonersgroepen, geschikt voor het leveren van intensieve zorg én een veilige overzichtelijke woning is voor mensen met dementie. Met dit woningtype als fundament van het totaalconcept houd je in het kader van de haalbaarheid relatief weinig vierkante meters over voor alle overige functies, als je dat vergelijkt met een traditioneel verpleeghuis. Het is een interessante puzzel geweest om aan de hand van de nieuwe werkwijze van Marente een samenhangend, werkbaar en haalbaar totaalconcept te maken.”
 

Het gebouwconcept
is gericht op de dynamiek
van een zorgzame buurt
coen koenders

Wil je ons eens meenemen door het totale gebouwconcept? 
“Naast het eigen appartement, van waaruit bewoners hun eigen leven kunnen vormgeven, is ‘spontane ontmoeting’ een tweede belangrijke pijler onder het totaalconcept. Het idee is dat hoe meer bewoners en hun eigen netwerk hiertoe in staat worden gesteld, hoe groter de kans dat de dynamiek van een zorgzame buurt vorm kan krijgen.”

Grote ramen en veel daglicht
“Het bestemmingsplan van de locatie was al vastgesteld voordat we met dit concept aan de slag gingen, dus de contouren van een lang en smal bouwvlak was het uitgangspunt. Na het vaststellen van het appartementstype is besloten dat een corridor-ontsluiting van de appartementen in de vorm van een woonbuurtje met ontmoetingsruimte het best past bij de visie. De lange en smalle gebouwvorm heeft daarbij als voordeel, dat we brede appartementen kunnen maken met alle verblijfsruimten aan de gevel. Dat geeft echt heel veel woonkwaliteit. We kozen voor elf appartementen met een kleine ontmoetingsruimte per woonetage. Iedere woning heeft een zogenoemd ‘Delfts Stoepje’, wat er voor zorgt dat mensen niet wonen aan een lange gang, maar er echt de kwaliteit van een straatje wordt gecreëerd. Door de relatief ondiepe woningen, mooie keukenramen en de centraal gelegen ontmoetingsruimte met een groot venster aan het park, zijn we er ook in geslaagd op elke plek in het gebouw veel daglicht toe te laten. Dat is voor alle bewoners prettig, maar zeker voor mensen met dementie die het gevoel van tijd sneller kwijt zijn.”

Gemeenschappelijke berging
“Een belangrijk onderdeel in het concept om alle beschikbare meters zo optimaal mogelijk te gebruiken, is dat de Amsterdamse Bouwbrief is toegepast als gelijkwaardigheidsbeginsel voor individuele bergingen. Op die manier is er een grote toegankelijke gemeenschappelijke berging gemaakt op de begane grond in combinatie met een kleine berging in het appartement. Dit principe vergt veel minder ruimtebeslag en is meteen veel efficiënter voor de doelgroep. Zo is het gemakkelijker manoeuvreren met de scootmobiel of elektrische fiets in een wat grotere gemeenschappelijke fietsenberging dan in een traditionele opzet met gangen en kleinere bergingen.”

Aan het park
“Op de begane grond zijn de woningen met eigen terrassen gecombineerd met een grote ontmoetingsruimte en een teampost van Marente. Deze ontmoetingsruimte heeft een mooi eigen terras en grenst met een brede haag aan het park. De ruime en lichte hal verbindt de hoofdingang ook met de tuin en het park.”

“Aan de buitenkant is het woongebouw vormgegeven als een breed, horizontaal gebouw met een relatief luxe uitstraling die goed past in de parkachtige omgeving. Het proces met welstand was heel actief en kritisch. We zijn echt samen op zoek gegaan naar de beste vorm. De balkons vormen een belangrijk onderdeel van het gebouw en zijn integraal mee ontworpen. De alzijdigheid van het gebouw wordt benadrukt door de brede individuele balkons die op de kopgevels meedraaien met het gebouw. Door de lage borstweringen van de ramen en de balkons kunnen bewoners ook zittend, vanuit bijvoorbeeld een rolstoel volop genieten van het uitzicht.”
 

Hoe kunnen we wonen nog
gewoner maken voor mensen
met een intensieve zorgvraag?
coen koenders
Savio Hillegom

IMPRESSIE SAVIO HILLEGOM

 Hoe vernieuwend is dit gebouwconcept in jouw ogen?
“De vernieuwing zit in de vraag hoe we wonen nog ‘gewoner’ kunnen maken voor mensen met een intensieve zorgvraag. Dat geef je in de eerste plaats vorm in het samenspel tussen bewoners, het netwerk van bewoners, zorgmedewerkers, de woningcorporatie en de omgeving. Met het ontwerp wil je dat faciliteren. Ik denk dat we er heel goed in zijn geslaagd om op gebouwniveau die keuzes te maken die belangrijk zijn om de integrale visie aan te jagen én binnen de kaders te blijven van de financiële haalbaarheid. Het gebouwconcept geeft bewoners meer mogelijkheden om eigen regie te voeren dan in een gewoon huis mogelijk zou zijn.”
 

lees hier het perspectief vanuit de zorgorganisatie
lees hier het perspectief vanuit de woningcorporatie

Meer weten over deze samenwerking?

Neem dan contact op met:

Bel me terug