9 april 2024
De nieuwbouwopgave in het onderwijs is aanzienlijk en overstijgt vaak wat gemeenten met hun zorgplicht alleen kunnen realiseren. Steeds vaker bereiken gemeenten bij de uitvoering van hun Integraal Huisvestingsplan (IHP) het maximum van hun financiële middelen, of zien zij hun schuldenpositie te ver oplopen. Het verkennen van alternatieve, aanvullende financieringsmogelijkheden naast de traditionele methoden wordt daarmee onvermijdelijk. Gelukkig bestaan er diverse opties die benut kunnen worden.
De voordelen van doordecentralisatie
Financiering via doordecentralisatie kan de schuldenlast van gemeenten aanzienlijk verminderen. Hierdoor ontstaat meer financiële ruimte voor gemeenten, wat hen in staat stelt om projecten binnen het IHP sneller te realiseren of minder vertraging op te lopen. Schoolbesturen die kiezen voor doordecentralisatie krijgen bovendien meer autonomie. Dit maakt het eenvoudiger voor hen om beslissingen te nemen gebaseerd op Total Cost of Ownership, wat aanzienlijke voordelen voor de exploitatie oplevert. In veel gevallen leidt dit tot duurzamere en kwalitatief hoogwaardigere schoolgebouwen.
Bij doordecentralisatie is vertrouwen tussen de gemeente en het schoolbestuur cruciaal. Wanneer dit vertrouwen aanwezig is, leidt dit doorgaans tot een succesvolle doordecentralisatie. Het is een misvatting dat de gemeente hierdoor aan de zijlijn komt te staan; in plaats daarvan verandert de aard van de relatie tussen de twee partijen.
Voor sommige schoolbesturen bestaat er enige terughoudendheid ten aanzien van deze financieringsmethode. De onbekendheid met de kapitaalmarkt en het proces van financiering aantrekken resulteert vaak in het vooraf inschatten van risico’s, die in werkelijkheid niet of slechts in beperkte mate aanwezig zijn. Met financiële instellingen zoals BNG Bank, de Nederlandse Waterschapsbank en de staatskas bestaan er drie banken die uitstekend inzicht hebben in hoe doordecentralisatie functioneert. Zij bieden aantrekkelijke financieringsmogelijkheden aan met lage rentetarieven en lange looptijden, tot wel vijftig jaar.
Doordecentralisatie: nieuwe financieringskansen voor scholenbouw
Samenvattend faciliteert doordecentralisatie meer autonomie voor schoolbesturen, versnelt het de bouw van scholen, verbetert het de exploitatie van schoolgebouwen en vergroot het de financiële speelruimte van gemeenten. Echter, doordecentralisatie is niet altijd de beste keuze. Voor gemeenten die financieel gezond zijn, kan het traditionele model eveneens goed functioneren. Bovendien, als noch gemeenten noch schoolbesturen de schuldenlast willen of kunnen dragen, is off-balance financiering een alternatief. Bij deze aanpak neemt een externe partij de financiering over en wordt eigenaar van het onroerend goed. Dit maakt financial engineering op basis van een IHP of Programma van Eisen mogelijk, binnen de wettelijke en regelgevende kaders van het systeem voor onderwijshuisvesting. Vooral in het voortgezet onderwijs is hier al ervaring mee opgedaan, maar ook het basisonderwijs en speciaal onderwijs verkennen steeds vaker deze alternatieve financieringsmogelijkheden.
Nieuwe regelgeving
Deze ontwikkeling zal een impuls krijgen wanneer medio 2025 de versoepeling van het investeringsverbod voor het primair en speciaal onderwijs ingaat. Hierdoor krijgen schoolbesturen en gemeenten per project meer mogelijkheden om de meest geschikte financieringsvormen te vinden. Dit is een bemoedigende ontwikkeling, aangezien overal waar doordecentralisatie of een eigen bijdrage, gericht op kwaliteitsverbetering of versnelling, succesvol is geïmplementeerd, een duidelijke versnelling in de realisatie van kwalitatief goede schoolgebouwen zichtbaar is. Zo wordt de grote uitdaging waar we gezamenlijk voor staan, iets gemakkelijker te overzien.