Verschillende onderzoeken en de doorrekeningen van de routekaarten voor het klimaatakkoord tonen aan dat juist schoolgebouwen in Nederland kampen met een kwaliteitsachterstand ten opzichte van andere sectoren. Wanneer wordt gestart vanuit een achterstandspositie, maar de wens is om te voldoen aan de eisen van nu en in de toekomst, dan zit er maar één ding op: investeren!
Investeren in onderwijshuisvesting blijkt in de praktijk makkelijker gezegd dan gedaan. Door de ‘split incentive’ in het funderend onderwijs, waarbij gemeenten investeren in onderwijsgebouwen en schoolbesturen de zorg dragen voor onderhoud en beheer, is het nemen van een investeringsbesluit vaak een langdurig proces waarbij partijen samen moeten komen tot een haalbaar plan. Hoe werk je dan samen met elkaar en hoe financieren we dit dan? Dat zijn de eerste vragen die op het pad komen wanneer het tijd is voor een betere leeromgeving.
Wie is eigenaar van het gebouw?
Wanneer je in het Kadaster kijkt, vind je vaak de naam van een schoolbestuur als eigenaar. Alhoewel het juridisch eigendom vaak wel bij het schoolbestuur ligt, is dit eigendom in economisch opzicht er niet. Schoolgebouwen zijn in economische zin eigendom van de gemeente. Op de balans van de gemeente staan (de boekwaarden van) de gebouwen en de bijbehorende financieringen. Dat deze situatie complexiteit oplevert bij een gewenst investeringsbesluit, blijkt ook in de praktijk.